In 1882 wordt hij freelance ontwerper voor verschillende huizen en vier jaar later opende hij zijn eigen bedrijf. In 1890 gold Lalique als een van de belangrijkste juwelenontwerpers van de Franse art nouveau. Veel van zijn juwelen maakte hij in opdracht voor bijvoorbeeld Sarah Bernardt en zijn belangrijkste opdrachtgever Calouste Gulbenkian. Hij maakte innovatieve ontwerpen voor de Parijse winkel van Samuel Bing: La Maison de l'Art Nouveau.
Lalique maakte in 1929 glazen panelen voor de Oriënt-Express en ramen voor de Sainte-Nicaise in Reims. Voor de St Matthew's Church in Millbrook op Jersey (The Glass Church) maakte hij een glazen interieur. In de kerk bevinden zich onder andere een glazen doopvont en vier enorme glazen engelen. Ook de plafondbalken zijn gemaakt van glas.
Buiten deze projecten is hij vooral bekend geworden om zijn grote productie van glazen siervoorwerpen als vazen, glazen, en allerhande sierkunstvoorwerpen van hoge kwaliteit en artisticiteit, die grotendeels de art-deco periode representeren.
Op het hoogtepunt had de fabriek van Lalique in Wingen-sur-Moder meer dan 600 werknemers in dienst. Na zijn dood bracht zijn zoon Marc Lalique de productie van de fabriek, die tijdens de Tweede Wereldoorlog gesloten was, weer op gang.